29 januari 2005 |
|
onlangs verschenen |
|
DE SWIFTERBANTCULTUUR Een nieuwe kijk op de aanloop naar voedselproductie |
|
door uitgeverij Uniepers | |
Een van de grote thema’s in de archeologie is de omschakeling van voedselvergaring naar voedselproductie. De tot nu toe algemeen aanvaarde visie noemt dit veranderingsproces ‘neolithisering’, maar laat veel vragen onbeantwoord. In het onlangs bij Uitgeverij Uniepers verschenen boek De Swifterbantcultuur onderwerpen de auteurs deze visie daarom aan een kritische beschouwing; ze zetten de bestaande ideeën op hun kop en komen uiteindelijk tot opzienbarende conclusies. |
|
De genoemde omschakeling begon volgens de reguliere opvatting tussen 9000 en 7000 voor Christus in het Midden-Oosten. Van hieruit zou de nieuwe bestaanswijze zich als een olievlek over de wereld verspreid hebben. Steeds meer groepen jager-verzamelaars werden door sturing van buitenaf tot voedselproducenten. Rond 5300 voor Christus zouden de eerste boeren zich op de lössgronden van Zuid-Limburg gevestigd hebben. Maar waarom duurde het een paar duizend jaar voordat heel Nederland ‘omgeturnd’ was? En waarom zien archeologen bij de hier destijds opererende groepen jager-verzamelaars maar zo weinig veranderen, ondanks dat ze op een bepaald moment vee hield en akkerbouw bedreven? Niets is zo moeilijk als het loslaten van vertrouwde
ideeën en gedachtegangen en er nieuwe kaders voor in de plaats
zetten. Maar dat is precies wat de archeologen Hans Peeters en Willem-Jan
Hogestijn doen en wat auteur Theo Holleman in dit boek voor hen verwoordt.
Met de Swifterbantcultuur in de hoofdrol, onderwerpen zij de uitgangspunten
van de algemeen geaccepteerde visie over de overgang van jagen-verzamelen
naar voedselproductie aan een kritische analyse. Via een rondgang door
de denkwereld van archeologen en een presentatie van de belangrijkste
archeologische gegevens komen zij uiteindelijk tot hun verstrekkende
conclusies. Van een ‘neolithische revolutie’ kan volgens
hen nooit sprake zijn geweest. Veeleer moet worden gedacht aan een management
van de natuurlijke omgeving, dat op uiteenlopende plekken in de wereld
in de loop van vele tienduizenden jaren een steeds nadrukkelijker karakter
kreeg. De tweede conclusie is dat de overgang naar voedselproductie
nergens een proces hoeft te zijn geweest dat zich onder dwingende sturing
van buitenaf voltrok. Als archeologische reconstructies van het verleden
hebben het Neolithicum en neolithisering hiermee afgedaan! Uitgever |
Wilt u een printversie van dit artikel downloaden? Klik dan met de rechter muisknop op 'printversie' en selecteer vervolgens 'doel opslaan als'. Om een pdf-bestand te openen moet acrobat reader 4.0 of hoger op uw computer geïnstalleerd zijn. |
i e u w s
''